01.03.2024 CHIME-consortium ontvangt 4,5 miljoen euro voor innovatieve MRI-technieken

Wereldwijd lijden er 55 miljoen mensen aan dementie: een hersenziekte die nog niet genezen kan worden. Gelukkig komen er wel steeds meer geneesmiddelen op de markt die het ziekteproces vertragen. Door alle onderzoeken krijgen wetenschappers en artsen steeds meer inzichten over het ziekteverloop, de symptomen en vinden ze manieren om sneller te kunnen diagnosticeren. Het “CHIME- consortium” kreeg een subsidie van maar liefst 4,5 miljoen euro om nieuwe, geavanceerde MRI-technieken te ontwikkelen.

In het “CHIME- consortium” bundelen verschillenden Nederlandse onderzoeksinstellingen, bedrijven en maatschappelijke partners hun krachten onder leiding van Jaco Zwanenburg (werkzaam bij het UMC Utrecht). Een consortium is een vereniging van tijdelijke aard, die is opgericht door een aantal partijen om een bepaald project uit te voeren. In dit geval gaat het om Perspectief, een programma van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), dat zich richt op technologische innovaties met maatschappelijke impact en het creëren van economische kansen voor Nederland. Perspectief wordt gefinancierd door het ministerie van EZK. Het CHIME-consortium ontving een Perspectief-beurs van 4,5 miljoen euro om hersenprocessen die een rol spelen bij dementie beter in beeld brengen, zodat het ontwikkelen en testen van een mogelijke behandeling effectiever wordt.

Sneller diagnosticeren

De symptomen van dementie lijken zo goed herkenbaar: taalproblemen, verandering in gedrag, geheugenverlies of problemen met alledaagse handelingen. Maar, de processen die de ziekte veroorzaken, beginnen vaak al tientallen jaren voordat de eerste symptomen zich voordoen. Een MRI-scanner kan hierbij een essentiële rol spelen: “Het CHIME-consortium gaat MRI-technieken ontwikkelen om deze vroege ziekteprocessen te herkennen. Dat draagt bij aan onderzoek naar mogelijke nieuwe behandelingen”, aldus Zwanenburg. Daarnaast zou de MRI-scanner ook meer inzicht kunnen geven in de oorzaak en het verloop van dementie. Hierdoor zouden artsen sneller kunnen diagnosticeren, waardoor er een effectiever behandelplan kan worden opgesteld.

Biomarkers

De onderzoekers focussen zich op MRI-technieken die drie samenhangende, belangrijke hersenprocessen in beeld brengen: veranderingen in de doorbloeding van de hersenen, stofwisselingsprocessen, en de afvoer van afvalstoffen. Zo willen de onderzoekers biomarkers vinden die de diagnose, prognose en monitoring van dementiepatiënten kunnen verbeteren. “Biomarkers zijn kenmerken die we kunnen meten en gebruiken om processen in het lichaam te volgen of te voorspellen. Vaak zijn dat specifieke moleculen of genen, maar het kunnen ook metingen met MRI zijn”, zo meldt Zwanenburg.

Zowel de biomarkers waar de onderzoekers naar op zoek gaan, als de nieuwe MRI-technieken die ze gaan ontwikkelen, spelen een cruciale rol bij het vinden van nieuwe geneesmiddelen tegen dementie. Hierdoor kan er namelijk nauwkeuriger gemeten worden hoe de hersenen op bepaalde stoffen reageren: “Dat helpt farmaceutische bedrijven om te bepalen welke patiënten het beste reageren op nieuwe medicijnen, en om snel te zien of ze effectief zijn. We hopen zo de ontwikkeling van nieuwe, effectievere medicijnen tegen dementie te versnellen.”

Samenstelling CHIME-consortium

Zoals eerder beschreven bestaat het consortium uit verschillende partijen. Zo maken het Erasmus Medisch Centrum, Leids Universitair Medisch Centrum, en UMC Utrecht deel uit van het CHIME-consortium met industriële partners als Merck, Philips, Pie Medical Imaging en WaveTronica. Maar ook maatschappelijke partners zoals Alzheimer Nederland en de Hersenstichting leveren een belangrijke bijdrage aan het project. Zwanenburg ziet de samenwerking hoopvol tegemoet: “Ik ben dankbaar dat ik dit mooie consortium mag leiden, en heb er vertrouwen in dat we belangrijke bijdragen gaan leveren aan de strijd tegen dementie.”

Auteur: redactie